We komen aan bij ons uitvaartcentrum ‘de Stilte’ voor een controle bij de overledene. Met het openen van de deur komt het aroma van koffie en thee ons tegemoet. De lichten zijn gedempt, vanuit de familiekamer klinkt muziek en horen we vrouwenstemmen.
Zachtjes kloppen we op de deur en lopen we naar binnen. Daar treffen we de dochter van de overledene aan met een goede vriendin van haar. De koektrommel staat open en er staat een thermoskan met koffie en een kan met thee. De kopjes zijn gevuld.
Ze vertellen dat ze oude herinneringen ophalen, het fijn vinden hier samen bij moeder te zijn en dat ze later op de middag nog andere familieleden ontmoeten. De vriendin kende moeder ook al vanaf de middelbare school en ze hebben samen veel mooie momenten gedeeld.
We vertellen dat we komen kijken hoe het met moeder gaat en dat er zo nog een paar vragen zijn. Aangekomen in de opbaarkamer zien we dat er foto’s zijn geplaatst, prachtige boeketten op vazen zijn gezet en dat de kaarsen branden. Het voelt warm, geborgen en liefdevol.
Terug in de familiekamer houden we het bespreken van de vragen kort. We willen dit fijne intieme moment van de dochter met haar vriendin zo weinig mogelijk beïnvloeden.
Tevreden lopen we naar buiten. Zo hoort het te zijn. Nabestaanden die zich thuis voelen. Die de ruimte krijgen afscheid te nemen op hun eigen manier. Waar tijd geen belemmering is en je ongestoord het verdriet en het leven kan delen.
Na de dag van de uitvaart horen we terug van de dochter hoe waardevol de dagen tussen het overlijden en de begrafenis zijn geweest. Dat ze zich geborgen voelde in ‘de Stilte’. Ze vond het fijn, daar dicht bij haar moeder, herinneringen te delen met familie en vriendinnen. En dat het eenvoudige koffie of theedrinken met wat lekkers in de warme familiekamer zoveel troost heeft geboden.
Ieder mens heeft eigen wensen en behoeftes met betrekking tot afscheid nemen. En iedere manier is goed. Dat we voorwaarden kunnen scheppen voor een goed afscheid voelt iedere keer als een zegen.